Siem, ik heb wat voor je ‘Cacaomuseum’

Iedere dinsdagochtend komen de vier vrijwilligers bij elkaar in Bezoekerscentrum Cacao de Zaan, op de hoek van de Stationstraat en Hoogstraat in Koog aan de Zaan. Sinds corona is het lastiger om bezoekers te ontvangen in de kleine ruimtes. Kleine groepen kunnen zich aanmelden via 075 6464383 voor een bezoek. Dat is alleen mogelijk op afspraak.

Zo’n vijftien jaar geleden is Siem Kroeze gestart met het museum. Eigenlijk was het geen vooropgezet plan om een cacaomuseum te starten. Hij had in de loop der jaren dat hij bij Cacao de Zaan werkte als portier – tegenwoordig heet de fabriek Olam Cocoa BV – zoveel verzameld dat hij een plek nodig had. Medewerkers van de fabriek wisten dat hij graag van alles verzamelde, zo kreeg hij uit diverse hoeken van alles toegeschoven dat een plek kreeg in het museum. De collectie groeide. In het pand dat ooit een Vermaning herbergde en verschillende winkels zijn inmiddels alle ruimtes gevuld met attributen die herinneren aan de 110 jaar dat de fabriek bestaat.

Siem Kroeze vertelt hieronder het verhaal, waarbij hij af en toe wordt aangevuld door Piet Naber en Thijs de Gooijer.

Links Piet Naber, Siem Kroeze, en rechts Gerrit Rampen en Thijs de Gooijer

Ontstaan Bezoekerscentrum Cacao de Zaan

Siem Kroeze: ‘Als portier verzamelde ik op de planken in de portiersloge blikken en allerlei zaken die ik van de technische dienst kreeg. Wanneer er iets werd gemoderniseerd, dan werd het oude materiaal bij mij gebracht. Bijvoorbeeld een bedieningsscherm dat vervangen werd door een computerscherm. Alles wat werd weggegooid kwam soms eerst bij mij.

Het ging er in eerste instantie niet zozeer om de geschiedenis te laten zien. Wel vonden we het leuk om van alles op te sporen zodat het bewaard bleef.

Toen ik met de vut ging, had ik iets nodig om de spullen tentoon te stellen. Zo kreeg ik de winkel op de hoek toegeschoven, waar voorheen een schilderijzaakje zat. Vanaf de start was het wel de bedoeling dat we het alleen met vrijwilligers zouden doen. Er is wel wat verloop geweest, maar gelukkig zijn er voldoende vrijwilligers gebleven. Eerst hadden we één ruimte voor de spullen. Vijftien jaar later is het hele gebouw vol. We kunnen het amper kwijt, want we krijgen nog regelmatig spullen van (oud) werknemers.’

Zaanman

‘Ik ben een Zaanman. De fabriek is ook van mij, zo zie ik dat. Je had er een vaste baan voor het leven en je werd goed betaald. Toen er brand was en ik thuis aan het eten was, ging ik naar de fabriek om in mijn goede spijkerbroek te helpen blussen. Voor ons is het nog De Zaan. De namen ADM en Olam Cocoa zeggen de mensen vaak niets. De naam De Zaan blijft wel hangen, daar zijn we ook wel trots op. Ik heb er 46 jaar gewerkt. Ik kon de vijftig jaar halen, maar ben eerder met de vut gegaan. Toen ben ik verder gegaan met het museum. Nog steeds loop ik er rond.’

Van cacaoboon tot chocolade

‘Tussen de cacaobonen wordt van alles gevonden. Dat laten we zien. Op het apehandje in de vitrine krijgen we altijd reacties. Enkele jaren geleden werden wij gebeld door een mevrouw in Zeeland, die bij het opruimen van de zolder van haar ouders, na hun overlijden   een emmertje had gevonden, waarin aan de onderkant de naam “Cacao de Zaan” was gedrukt. Het betrof een emmertje uit 1923, dat was uitgegeven ter gelegenheid van het 25-jarige regeringsjubileum van koning Emma.

Bezoekers vertellen we het hele verhaal hoe chocolade gemaakt wordt. Over dat de Maya’s met cacao begonnen zijn en dat Spanjaarden het mee hebben genomen uit Mexico. We vertellen over de cacaoplantages, het transport en hoe er cacao gemaakt wordt. In het museum laten we een film zien uit de jaren zestig. Dat is zo’n leuke film, daar wordt heel goed uitgelegd waar de cacaobonen vandaan komen en hoe ze worden verwerkt. Dan pas begrijp je wat er voor nodig is en hoeveel werk het is om uiteindelijk een reepje chocolade te maken. We hebben ook een moderne film, maar daar haal je het proces minder goed uit. We krijgen hier ook leerlingen die een spreekbeurt willen houden. Ze krijgen dan een leskoffer mee. Het liefste ontvang je de leerlingen hier, zodat je ze ook de film kunt laten zien. En hier zijn immers allerlei voorwerpen die bij het verhaal horen.’

Wereldgasten

‘Twee jaar geleden hadden we nog 3500 bezoekers per jaar. Dat is voor ons heel veel, want we zijn maar 1 dag per week open. Tijdens open monumentendag kregen we ook heel veel bezoekers. Voor corona kwamen er veel toeristen die op weg zijn naar de Zaanse Schans. Zij lopen dan even naar binnen omdat ze denken dat het een tweedehandswinkeltje is. In ons gastenboek kun je zien dat we mensen uit de hele wereld kregen. Russen, Chinezen, noem maar op. Ze zijn vaak op zoek naar dingen die uit hun land komen. Amerikanen weten vaak niet dat het eerste colaflesje – dat wat boller was – gebaseerd is op een cacaoboon.

Toeristen vinden het vaak prachtig om te horen dat alle fabrieken zijn begonnen met een molen. En dat de woonwijk daaromheen ontstond. Dat de fabrieken nu midden in de woonwijken staan.

Kinderdijk is trots op hun veertien molens. Toeristen kunnen dan bijna niet geloven dat hier ooit 600 molens tegelijkertijd stonden te draaien. Daar hebben we boven een overzicht van met beschrijvingen van de molens. Die molens maakten alles. We stonden daarom bekend als de voorraadschuur en later de provisiekast van Nederland en natuurlijk als eerste industriegebied van West-Europa. Amsterdam is de grootste cacaohaven ter wereld. Bijna een derde van de wereldoogst van cacaobonen gaat naar Amsterdam, 80 % daarvan gaat vervolgens naar de Zaanstreek. Dat is een enorme berg. In Amerika noemen ze ons Cocoa Valley wat doet denken aan Sillicon Valley.

Toeristen zijn vaak verbaasd om te horen waar allemaal cacao in verwerkt wordt. Zoals in bier of likeur. Dat laten we zien in het museum.’

De rode draden verwijzen naar de vier molens op de Hemmes van Jan Huysman, de directeur die de fabriek levensvatbaar maakte

De buurt

‘En we krijgen regelmatig buurtbewoners. Dat is het leukste. Ze komen dan even binnen voor een kwartiertje, en een uur later zijn ze nog. Een buurtbewoner vertelde na afloop dat hij eindelijk snapte wat er achter het hek gebeurde. Vaak vertellen bezoekers dan over een familielid die bij de fabriek heeft gewerkt. Vaak kennen we die persoon nog en zijn er nog wat dingen te vinden in het archief.

Het is jammer dat we door corona de deuren niet meer open kunnen zetten. Wel kunnen op aanvraag kleine groepen, bijvoorbeeld een gezin, nog op dinsdag langskomen.

Met het 110-jarig bestaan van de fabriek zou er een open dag zijn. Helaas is dat door corona niet doorgegaan.’

Meer cacaoverhalen

Lees ook het verhaal van Thijs de Gooijer over de geschiedenis van cacaofabriek De Zaan.

Einde cacaolab