Eetcafé ouderen in Assendelft gaat door

Foto: Mike Bink
Foto: Mike Bink
Foto: Mike Bink

‘Kijk maar eens om je heen. Daar doen we het voor!’ Bij Buurtcentrum De Kaaik in Assendelft zitten ouderen geanimeerd met elkaar te praten. Eens per maand treffen ze hier elkaar. Henny Janssens nam gisteravond afscheid van het eetcafé. En daar hoort natuurlijk een verhaal bij over haar inzet.

‘Ik heb altijd vrijwilligerswerk gedaan. Zo werkte ik 35 jaar voor de Zonnebloem’, vertelt Henny Janssens. In die tijd heb ik veel contacten opgedaan. In Assendelft is niet veel te doen voor ouderen. Bij buurtcentrum de Kaaik werd wel wat ondernomen door Welsaen. Vijf en half jaar geleden vroegen ze of ik zin had om een eetcafé voor ouderen op te richten. Leuk, dat wilde ik wel. Met acht dames hebben we de afgelopen jaren elke maand voor ouderen uit de buurt gekookt. We zijn nog net zo enthousiast als bij het begin. Door omstandigheden moet ik echter helaas stoppen met mijn taak als voorzitter.’

Hier komen altijd dezelfde mensen bij elkaar.

Foto: Mike Bink
Foto: Mike Bink

‘Onder de tijd van Welsaen waren we al een zelfstandig eetcafé. Toen Welsaen failliet ging vroegen we ons direct af hoe het nu verder moest. Het zou zo jammer zijn als dit zou sluiten, want dit is nog de enige activiteit voor ouderen in de buurt. Ik zocht contact met Samuel Kaspers, wijkmanager van Gemeente Zaanstad voor Assendelft. Hij gaf ons de mogelijkheid om zelfstandig door te gaan. En dat gaat prima.

Een gast vertelt: ‘Er is heel weinig voor ouderen. Daarom is het eetcafé zo belangrijk. We zijn er heel blij mee. Ik ben alleen en kom hier kennissen van vroeger tegen. Als ik met hen een praatje heb gemaakt, dan is mijn dag weer goed.’

We hebben vandaag vijftig gasten. En dat terwijl er in deze tijd vaak nog mensen op vakantie zijn. De eerste gasten waren er al om 5 uur terwijl we pas om 6 uur gaan eten. Bijna iedereen is er meestal al om half zes. Onze gasten komen graag terug. Ze vinden het hier leuk, dat stralen ze ook uit. Ze vinden alles even lekker wat we koken.

Ik ben alleen. Hier heb ik allemaal vrouwen om me heen. Als je alleen bent als man, dan is dat toch leuk!

_DSC4788Eens per maand komen we met de kookploeg bij elkaar om te vergaderen over wat we gaan maken. De vergadering is bij één van ons thuis. Dat is altijd zo gezellig. We hebben elkaar daardoor goed leren kennen.

‘Het is voor mij een uitje. Hier sparen we voor. Ik moet elk dubbeltje omdraaien, maar ik kom hier graag.’

Een maaltijd kost € 7,50. De prijs is altijd hetzelfde, maar soms kost de inkoop iets meer of minder. We moeten van de inkomsten ook de huur betalen. De prijs moet wel haalbaar zijn voor mensen.

Je geeft iets en je krijgt er veel voor terug.

Foto: Mike Bink
Foto: Mike Bink

We zijn begonnen met dertig gasten en met Kerst hadden we er laatst zeventig. Er is echt behoefte aan. Toen de ouderen net in de appartementen kwamen te wonen kenden ze niemand. Door het eetcafé hebben mensen elkaar leren kennen. Dat is zeker belangrijk. Je ziet de vriendschappen groeien. Zo zitten veel mensen altijd bij elkaar. Je kunt zelf aangeven met hoeveel mensen je aan een tafel wilt zitten. Zo dekken we voor een groep van acht, maar er zijn ook tafels voor vier of vijf mensen.

Een andere gast vertelt: ‘We zouden eventueel wel twee keer per maand samen kunnen eten. Maar dan wordt het voor veel mensen toch wel te prijzig.’

We hebben geen behoefte aan meer vrijwilligers. Regelmatig bieden mensen zich aan, maar we hebben genoeg hulp. Iedereen vindt het leuk om dit te doen.

Ik kijk heel goed terug op de afgelopen periode. We hebben zo’n leuke groep met elkaar.

Het is hartstikke leuk om te doen en zo dankbaar werk. Want de bejaarden genieten er zo van. Ik moet nu helaas stoppen, maar het eetcafé gaat gewoon door. We hebben er alle vertrouwen in dat het eetcafé blijft.

We moeten dit wel behouden. Ik vind het zo leuk om hier te komen en even bij te praten. We komen allemaal uit hetzelfde straatje. Hier komen we elkaar tegen. Normaal gaan we niet bij elkaar langs.’
Foto: Mike Bink
Foto: Mike Bink

Samuel Kaspers speecht ter afscheid: ‘Omdat u als vrijwilliger met pensioen gaat vonden we het gepast om daar waardig afscheid van te nemen. U bent begaan met uw wijk. Toen Welsaen failliet ging, vroeg u zich af hoe het verder moest. U bent iemand die durft te lopen. En daardoor heeft u het eetcafé gered. We hopen u nog lang tegen te komen.’

‘Het moet niet te groot worden. Het moet wel gezellig blijven. Iedereen komt hier al jaren. Het houdt ons van de straat.’

Alle vrijwilligers krijgen het meest afwijkende keukengerei dat hij heeft kunnen vinden: een wortelpuntenslijper.